In het regeerakkoord heeft het nieuwe kabinet plannen en wijzigingen opgenomen die van invloed zijn op een deel van de huidige sociale wetgeving. Met name de plannen op het gebied van loondoorbetaling bij ziekte zijn controversieel. Met name is er veel kritiek op de plannen van sociale partners en experts, en zelfs vanuit het UWV.

– Wetgeving uitzendkrachten (terugdringen payrolling)
– Differentiatie van de WW-premie naar type contract
– Wijziging verplichting tot loondoorbetaling bij ziekte
– Aanpassingen in de WIA

Payrolling

Om concurrentie op arbeidsvoorwaarden tegen te gaan komt het kabinet met een wetsvoorstel om:

  • het soepelere arbeidsrechtelijk regime van de uitzendovereenkomst bij payrollcontracten buiten toepassing te stellen;
  • payrollers qua arbeidsvoorwaarden op dezelfde wijze te behandelen als de andere (vaste) werknemers bij de inlener.

Doel is dat payrolling wel mogelijk blijft om de opdrachtgever/ werkgever te ‘ontzorgen’, maar niet langer gebruikt kan worden om te concurreren op arbeidsvoorwaarden en/ of beloning. Uitzendwerk en detachering blijven hierbij ongemoeid. De definitie van uitzendwerk kan mogelijk wel (in overleg met de sociale partners) worden aangepast. In 2016 stelde de Hoge Raad dat in bepaalde gevallen payrollbedrijven gelijk zijn aan uitzendbureaus, waardoor het niet eenvoudig wordt om deze wetgeving goed te formuleren, zonder uitzendwerk ook te beïnvloeden.

Differentiatie van de WW-premie naar type contract

Het kabinet gaat bekijken hoe de premiedifferentiatie in de WW kan bijdragen aan het aantrekkelijker maken van het vaste contract. Nu is er sprake van premiedifferentiatie per sector; de lasten van de eerste zes maanden WW worden per sector omgeslagen. In plaats van deze sectorale differentiatie wil men nu gaan onderzoeken of er gekozen kan worden voor een vorm waarbij contracten voor onbepaalde duur over de eerste zes maanden WW een lager premiepercentage toegerekend krijgen dan contracten voor bepaalde tijd. Hiermee wordt het vaste contract aantrekkelijker.

Wijziging verplichting tot loondoorbetaling bij ziekte

In het regeerakkoord is het plan opgenomen om de financiering van twee jaar loondoorbetaling bij ziekte, met daarbij de verantwoordelijkheid voor re-integratie, voor MKB-werkgevers (tot 25 werknemers) te beperken tot één jaar. Het UWV neemt in het tweede jaar de verantwoordelijkheid voor loondoorbetaling over en ook een aantal re-integratieverplichtingen. Ter compensatie van de overgenomen uitkeringen betalen de MKB-werkgevers een uniforme lastendekkende premie voor het tweedejaars ziekterisico. Voor de werknemers blijft het dienstverband gedurende die ziekteverzuimperiode van 2 jaar ongewijzigd van kracht. Bij de uitwerking van het wijzigingsplan dienen de volgende zaken concreet te worden gemaakt:

  • Vaststelling van de grens tussen MKB- en groot bedrijf;
  • Het loonbegrip gedurende het tweede jaar waarop de UWV-uitkering wordt gebaseerd;
  • De re-integratieverplichtingen die het UWV gaat overnemen en uitvoeren;
  • Administratieve lastenverlichting- of verzwaring;
  • Gevolgen voor de private verzekeringsmarkt.

Aanpassingen in de WIA

De wijzigingsplannen van het nieuwe kabinet hebben voor zowel de werkgevers als werknemer grote gevolgen.

Voor werkgevers gelden de volgende voorstellen:

  • de periode waarvoor premiedifferentiatie geldt in de WGA wordt voor alle werkgevers, ongeacht de grootte van het werknemersbestand, verkort van tien jaar naar vijf jaar. Het ligt in de verwachting dat de bekorting in de duur van financiële verantwoordelijkheid ook zal gelden ook voor de WGA eigenrisicodragers. Het staat niet in het regeerakkoord, maar het is mogelijk dat in het hybride stelsel de ‘Eigen Risicodragers’ een andere status krijgen inzake de duur van financiële verantwoordelijkheid, dan de bedrijven in het publiek bestel. Op dit punt is het ook weer wachten op definitieve wetgeving. De financiering van uitkeringen in de periode na het 5e jaar door het UWV, vindt plaats door een collectieve uniforme premieheffing, die ook voor alle werkgevers geldt.
  • het wegnemen van de onzekerheid over het al dan niet opgelegd krijgen van een loonsanctie bij het inzetten van re-integratiemiddelen/-trajecten:
    – Voor WGA eigenrisicodragers: heldere regels inzake het toetsen van het inzetten van de juiste re-integratiemiddelen/-trajecten in het tweede spoor.
    – Voor WGA publiek verzekerde werkgevers: de mogelijkheid om een tussentijds oordeel te vragen over voorgenomen re-integratie-inspanningen.
  • in dialoog met sociale partners komen tot lastenverlichtingen zoals bijvoorbeeld het beperken van de hoogte van bovenwettelijke aanvullingen.

Voor werknemers gelden de volgende wijzigingsvoorstellen van de WIA:

  • Een garantieregeling die WGA’ers de zekerheid geeft dat hun WGA-uitkering, gedurende de eerste vijf jaar na het aanvaarden van een baan, niet wordt bijgesteld op basis van hun gewijzigde verdienvermogen.
  • Bij de vaststelling van het arbeidsongeschiktheidspercentage (schattingsbesluit) wordt het principe van het beschikbaar moeten zijn van 3 hoofdfuncties mét ieder drie functies losgelaten. Er moeten nog steeds negen arbeidsplaatsen te vinden zijn, maar ongeacht de verdeling over aantallen functies. Hierdoor zullen minder mensen volledig arbeidsongeschikt worden verklaard.
  • Voor mensen die in de WGA 80{3e2ed436ac9ff2282d88918f25c9d82fa851768a25b68526ae48ead89edea597} tot 100{3e2ed436ac9ff2282d88918f25c9d82fa851768a25b68526ae48ead89edea597} zijn afgekeurd en nog kunnen werken geldt dat zij moeten voldoen aan minimale benutting van 50{3e2ed436ac9ff2282d88918f25c9d82fa851768a25b68526ae48ead89edea597} van hun restverdiencapaciteit om recht te krijgen op een loonaanvullingsuitkering. Hiermee worden hun uitkeringsvoorwaarden gelijk gesteld aan de voorwaarden die gelden voor mensen met een WGA 35{3e2ed436ac9ff2282d88918f25c9d82fa851768a25b68526ae48ead89edea597} tot 80{3e2ed436ac9ff2282d88918f25c9d82fa851768a25b68526ae48ead89edea597} uitkering.

Andere voorstellen die verband houden met de WIA zijn:

  • Het UWV krijgt extra financiële middelen, 30 miljoen euro, voor de persoonlijke dienstverlening aan WGA- en Wajong-gerechtigden.
  • Er wordt gestart met een experiment met een scholingsaanbod voor mensen bij wie scholing medisch gezien haalbaar wordt geacht en kan leiden tot meer werkhervattings-mogelijkheden. Als het experiment tot positieve resultaten leidt, kan de scholing breder worden ingezet.
  • Het wordt voor mensen met een WW-uitkering minder interessant om zich ziek te melden omdat bij nieuwe gevallen voor mensen zonder werkgever in de Ziektewet, het recht op arbeidskorting en Inkomensafhankelijke combinatiekorting wordt afgeschaft.

De wijzigingen en voorstellen zoals besproken dienen allereerst nog door het kabinet, na advies van de Raad van State, aan het Parlement (Tweede en Eerste Kamer) te worden voorgelegd. Het is daarmee nog niet gezegd dat alle voorstellen, in hun huidige of in aangepaste vorm, inderdaad tot een wettelijk besluit zullen leiden. Mocht dat het geval zijn, dan zullen de besluiten niet eerder dan vanaf 2019 van kracht worden.

Reacties van de sociale partners:

Minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken houdt vast aan de afspraken in het regeerakkoord over loondoorbetaling bij ziekte. Verschillende partijen uitten in het FD kritiek op de uitvoerbaarheid van de plannen om kleine werkgevers toe te staan vanaf 2020 ziek personeel nog maar een jaar door te betalen in plaats van twee.
Koolmees erkende dat hij ‘opbouwende kritiek’ heeft gekregen van de sociale partners. Hij verwees naar het regeerakkoord waarin staat dat hij met werkgeversorganisaties en vakbonden in overleg gaat ‘om te kijken of we de plannen nog beter kunnen maken’. Ook komt de D66-minister met een brief aan zijn voorganger Lodewijk Asscher bij de behandeling van de begroting van Sociale Zaken eind volgende maand.
In de kabinetsplannen neemt het UWV de betaling en enkele re-integratietaken vanaf het tweede ziektejaar over. Daarmee zouden werkgevers eerder geneigd zijn om vaste werknemers aan te nemen. Critici menen echter dat zo de prikkel bij werkgevers verdwijnt om hun werknemers gezond te houden. Ook zouden er teveel verschillende dossiers en overdrachtsmomenten ontstaan en zou het UWV niet berekend zijn op zijn nieuwe rol.

CNV vindt juist dat het huidige systeem ‘relatief goed werkt’. De vakbond is geen voorstander van re-integratie via het UWV en vraagt zich af of werkgevers door het plan sneller vaste contracten gaan geven. ‘Een band met een werkgever is een belangrijke succesfactor voor re-integratie’, zegt CNV-voorzitter Maurice Limmen. ‘Als hieraan wordt geknaagd, kan dit ervoor zorgen dat een werknemer er langer over doet om terug te keren op de werkvloer of daar helemaal niet meer geraakt.’
‘Lose-lose situatie’

De linkse oppositie is verdeeld over de loondoorbetaling. De PvdA vindt alle kritiek voorbarig, maar GroenLinks sluit zich aan bij de kritiek. PvdA-Kamerlid Gijs van Dijk, die als FNV-bestuurder betrokken was bij het SER-advies over dit onderwerp. ‘Het is voorbarig dat de verzekeraars, die ook belang bij hun kritiek hebben, hier nu al op schieten.’ Van Dijk vindt de kabinetsplannen een goede wijziging voor het mkb. ‘We zijn het eens met de lijn, maar de precieze uitwerking moet nog blijken. Het is duidelijk dat het huidige systeem niet goed werkt voor de bakker op de hoek, die een handvol werknemers in dienst heeft.’

Zihni Özdil, Tweede Kamerlid voor GroenLinks, spreekt van een ‘lose-lose situatie’. ‘Het inkorten van de loondoorbetaling voor het mkb leek een win-win oplossing. Maar uit het regeerakkoord blijkt dat Rutte III de rekening legt bij werkende mensen die ziek zijn of een beperking hebben.’ Özdil noemt als voorbeelden het afschaffen van de arbeidskorting voor mensen met een ziektewetuitkering en het aanscherpen van het zogeheten schattingsbesluit waardoor minder mensen in aanmerking zullen komen voor een WIA-uitkering. ‘Nu blijkt dat behalve werknemers ook werkgevers en het UWV extra worden belast door deze maatregel.’

Experts: van alles mis met plan voor zieke werknemers

Een van de grootste kritiekpunten van hoogleraren en praktijkexperts is de rol die het UWV krijgt toebedeeld: de uitkeringsinstantie neemt vanaf 2020 het tweede jaar loondoorbetaling van ziek personeel over van de werkgever en moet ook de re-integratie doen. Critici vragen zich af of het UWV die extra taken wel aankan: het orgaan lag al onder vuur wegens chronische werkachterstanden en personeelstekorten en heeft de re-integratieactiviteiten juist uitgekleed.
‘Het UWV heeft op dit terrein geen goed trackrecord. Het is een recept voor mislukkingen om zo’n enorme extra druk te leggen op de organisatie’, zegt Petra van Goorbergh, directeur van de koepel Oval voor re-integratiespecialisten en jobcoaches. Ze wijst erop dat het UWV meer zieke werknemers moet gaan keuren om te beoordelen of ze nog kunnen terugkeren naar hun werkgever, terwijl de organisatie toch al kampt met grote tekorten aan herkeuringsartsen.
De organisatie zit er volgens betrokkenen zelf ook niet op te wachten, maar houdt zich stil: als uitvoeringsinstantie dient het UWV zich niet te mengen in politieke discussies en al helemaal niet als ze zo gevoelig zijn. Alleen in een recent blog liet UWV-directeur Carla van Deursen haar mening doorschemeren. Ze wijst erop dat het huidige stelsel goed werkt en dat het te hopen valt dat met het kabinetsplan ‘het verzuim bij kleine werkgevers niet weer gaat verdubbelen’.

Ook grote groepen werkgevers waren vanaf het begin geen voorstander van een kortere loondoorbetalingsperiode, zegt Maudie Derks, directeur van Acture, private uitvoerder van de ziektewet. Derks verwacht dat de kosten voor het mkb oplopen met een collectief tweede jaar, maar dat een kleine groep werkgevers erop vooruitgaat.

Hoogleraar arbeidsrecht Evert Verhulp wijst erop dat er een heel nieuw apparaat wordt opgetuigd terwijl slechts 15.000 van de mkb-werknemers langer dan één jaar ziek zijn. Ook denkt hij dat de arbitraire bovengrens van 25 medewerkers voor het ‘versoepelde’ regime hoofdpijn met zich mee kan brengen: wat doe je met berekenende werkgevers die meerdere bv’s gaan oprichten om daar maar onder te kunnen blijven, vraagt hij zich af. ‘Hoe bewaak je dat?’ Of werkgevers door het plan personeel sneller een vast contract geven, betwijfelt hij. ‘Dat is een beetje een utopie. Je kunt wel proberen om de werkgeverslasten omlaag te krijgen, maar dan moet je accepteren dat verzuimrisico’s weer toenemen. ‘Je loopt het risico van een zeer complexe verbouwing van een systeem dat op macro-niveau heel goed heeft gewerkt’, zegt hoogleraar arbeidsverhoudingen Paul de Beer. Hij vindt het wenselijk om de re-integratielasten te verlichten voor de mkb’er die daar nauwelijks tijd of mankracht voor heeft. Maar het is volgens hem onwaarschijnlijk dat het Rutte III zal lukken om een goedkoper systeem op te tuigen, waarmee ook lager ziekteverzuim wordt gerealiseerd.